Leven en dood zijn net als licht en schaduw en warm en koud, onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zonder het één kan het ander niet bestaan of worden ervaren.
We kunnen maar één keer afscheid nemen van iemand die is overleden. Als je als nabestaande daarop terugkijkt wil je dat ondanks alle pijn en verdriet toch met een goed gevoel kunnen doen.
Als ik na een overlijden bij een familie kom weet ik meestal nog niets van de overledene of van de familieleden. In de dagen die volgen word ik heel veel wijzer. Na de eerste kennismaking krijg ik de vele verhalen te horen en het grote verdriet te zien. Dan ontvouwt zich ook het gezin met ieders eigen plek daarin. Het ontroert me telkens weer dat nabestaanden mij in al hun kwetsbaarheid hun vertrouwen schenken en niet alleen hun band en de herinneringen aan hun geliefde overledene maar ook het persoonlijke verdriet over hun dood met me durven delen. Alles wat ik ze kan bieden is mijzelf, een luisterend oor en alle tijd en ruimte om samen met hen op zoek te gaan naar een passende vorm waarin zij hun dierbare familielid een mooi en liefdevol afscheid kunnen bereiden. Een afscheid waarin zij samen een beeld kunnen schetsen van de mens die door hen zo gemist gaat worden.
Misschien kun je het zien als een blanco schildersdoek dat beschilderd gaat worden. Alleen het formaat staat vast maar binnen de grootte van het doek is eigenlijk alles mogelijk. Wordt het kleurrijk of juist niet, wordt het weelderig of liever iets eenvoudiger, wordt het vrolijk of toch wat ingetogener of wordt het een combinatie van dit alles?
Mijn rol in dit proces is nooit dezelfde maar ik vervul hem altijd met hart en ziel. Want alleen dan kan ik mij verbinden met degenen die ik tegenover mij heb waardoor ik die rol voor hen zo goed mogelijk kan invullen. Als luisteraar, trooster, rustgever, regelaar, raadgever, begeleider of spreker.